10 jaar na de Pukkelpopstorm, kan dit opnieuw gebeuren?

Op 18 augustus zal het precies tien jaar geleden zijn dat een zwaar onweer het Pukkelpopfestival trof. Sindsdien werden talloze bijkomende veiligheidsmaatregelen getroffen. Maar wat is er nu precies allemaal veranderd in die tien jaar tijd? Zijn we nu beter gewapend tegen dit soort van extreme weersomstandigheden?

Wat er 10 jaar geleden fout liep

Donderdag 18 augustus 2011 begon als een hete, plakkerige dag waarop zestigduizend festivalgangers afzakten naar de weide in Kiewit voor dag 1 van Pukkelpop. Niets leek bij de opening te wijzen op regen of buien, hoewel code oranje voor onweer actief was. De zon scheen volop, bier en zweet vloeiden rijkelijk. Toch waren de eerste voortekenen na de middag al zichtbaar onder de vorm van altocumulus castellanus wolken, kasteeltorenvormige wolken die onstabiel weer aankondigen.

Terwijl rond 18u15 duizenden fans genoten van het optreden van de Britse band Skunk Anansie op de Mainstage, naderde een hevig onweer hen in de rug. De dag leek plots nacht te worden en in enkele minuten tijd veranderde de weide in een inferno van onweer, hagelstenen en forse windstoten. Onderstaande (sommige onuitgegeven) beelden zijn daar een pijnlijke herinnering aan:

Het waren vooral de ongemeen krachtige valwinden (windstoten onder onweerswolken) die materiele schade en slachtoffers veroorzaakten. Zo stortte een grote tent in, kwam een deel van een lichtconstructie naar beneden en vielen enkele bomen om. Ongeveer 140 mensen hadden medische hulp nodig. Vijf mensen lieten het leven.

Mogen we ons nog verwachten aan dit soort van extreem weer?

De "Pukkelpopstorm" was een uitzonderlijk gewelddadig onweer dat ontstond door een samenloop van verschillende weerkundige fenomenen. Enerzijds zorgden warme temperaturen in combinatie met koude bovenluchten voor een grote onstabiliteit en dus veel energie voor onweerswolken. Anderzijds betekende de hoge luchtvochtigheid van die dag een grote hoeveelheid aan voedsel voor onweerswolken. Tot slot zorgde een samenvloeiing van oosten- en westenwind voor extra opwaartse stuwkracht en windschering (plotse verandering van windrichting of -snelheid), wat de ontwikkeling van krachtig onweer in de hand werkt.

Deze ingrediënten vormden samen een explosieve cocktail, met de gekende gevolgen. Niet alleen in Kiewit, maar ook in de rest van Vlaanderen ontstonden hevige en georganiseerde onweders, zogenaamde "supercellen". In Hasselt viel die dag 58,4 mm neerslag, maar ook in Herenthout (69,0 mm) en in Bertem (70,1 mm) hielden onweders lelijk huis. Dat zijn neerslaghoeveelheden die we normaal gezien mogen verwachten op 3 à 4 weken tijd. Op vele plaatsen zat er ook hagel bij, hier en daar werden zelfs hagelstenen waargenomen met een diameter van 2 tot 3 centimeter. Toch waren het vooral de valwinden onder de onweerswolken die voor veel schade zorgden. Uit onderzoek achteraf werden de rukwinden op Pukkelpop geschat op 170km/u.

De kans dat dit scenario zich opnieuw afspeelt in ons land is reëel omdat de benodigde ingrediënten voor dit soort van onweders wel vaker voorkomen, al zijn extreme supercellen veeleer zeldzaam in onze streken. Of de klimaatopwarming zal zorgen voor meer of nog extremere stormen, daar bestaat nog discussie over, maar warmteonweders zullen deel uit blijven maken van onze steeds warmer wordende zomers.

Gelukkig is er in die tien jaar tijd veel vooruitgang geboekt op vlak van weersvoorspellingen en werden er vele lessen getrokken uit de Pukkelpopstorm.

Meer accurate voorspellingen, maar…

De weermodellen die vandaag beschikbaar zijn, kunnen niet meer vergeleken worden met diegene van tien jaar gelden. Dat heeft alles te maken met de toegenomen rekenkracht van de weercomputers. In 2011 bedroeg de resolutie van de meest performante weermodellen zo een 7 à 10 km. Dat wil zeggen dat voor elk punt om de 7 à 10 km een berekening werd gemaakt van alle weerparameters (temperatuur, wind, luchtvochtigheid, …). Vandaag zijn de weermodellen fijnmaziger geworden en bedraagt de resolutie van de meeste regionale weermodellen ongeveer 2 à 4 km. Een van de nieuwste weermodellen biedt voor onze regio zelfs een resolutie van 1,3 km.

Toch moet hier volgens het KMI een belangrijke kanttekening bij gemaakt worden: "In 2011 waren we in staat om een waarschuwing af te kondigen in de juiste provincies, maar we konden toen niet zeggen waar, wanneer of met welke intensiteit neerslag, hagel en rukwinden gingen optreden. En tien jaar later nog steeds niet. We zouden het vandaag niet veel beter doen".

De kans op het ontstaan van onweer en de getroffen regio kunnen we dus goed inschatten, maar de exacte locatie en intensiteit voorspellen blijft moeilijk.

"Nowcasting"

Niet alleen het voorspellen van het weer, in het Engels "forecasting", heeft aan nauwkeurigheid gewonnen, maar ook de opvolging van het actuele weer, "nowcasting", heeft rasse schreden vooruitgezet. Apps als "Buienradar", welbekend bij menig wieleramateur en BBQ-kok, zijn daar een mooi voorbeeld van.

In de voorbije tien jaar werd er veel bijkomend onderzoek verricht naar de verbetering van de zeer kortetermijnvoorspellingen. Zo ontwikkelde het KMI bijvoorbeeld het "INCA-nowcasting model", een weermodel dat meteorologen toelaat onweersbuien op de voet te volgen en de gevolgen beter in te schatten.

Ook het netwerk van weerradars, die neerslag detecteren, werd sinds 2011 uitgebreid. Op de bewuste dag in 2011 was enkel de weerradar in Wideumont operationeel. De radar van Zaventem was een groot deel van de zomer van 2011 buiten gebruik. Het onweer dat koers zette richting Pukkelpop kon dus enkel gevolgd en ingeschat worden aan de hand van de beelden van die ene radar in Wideumont, op 120 km van het onweer verwijderd.

Sinds 2018 heeft ons land een netwerk van vier operationele weerradars. Deze staan in Wideumont, Zaventem, Jabbeke (sinds 2012) en Helchteren (sinds 2018). Met deze vier radars heeft België één van de dichtste radarnetwerken van Europa.

Weerwakers

Vandaag de dag zetten nagenoeg alle Belgische festivals in op "weerwakers". Dit zijn professionele meteorologen die ter plaatse instaan voor de nabije opvolging van het weer. Deze waarnemers en voorspellers staan de organisatie bij met raad en daad en worden betrokken in de veiligheidscoördinatie van het festival. Een permanent paar ogen op de weerkundige situatie dus en dit van opbouw tot afbraak, met meestal een verhoogde aanwezigheid ter plaatse tijdens de festivaldagen.

Bepaalde weerbedrijven bieden zelfs vooruitgestuurde weerwaarnemers aan. Dat zijn meteorologen die in geval van een aankomende onweersbui, de bui tegemoet rijden om het gevaar beter te kunnen inschatten en tijdig te kunnen waarschuwen. Omdat radar- en satellietbeelden slechts met een vertraging van ongeveer 15 minuten beschikbaar zijn, worden door middel van deze waarnemers ter plaatse soms enkele minuten gewonnen, die cruciaal kunnen zijn in het beslissingsproces om al dan niet te evacueren of andere maatregelen te treffen.

Bijkomende veiligheidsmaatregelen

Aan het weer zelf kunnen we niets veranderen, aan de gevolgen van het weer wél. Daarom zet de evenementensector nu meer dan ooit in op veiligheid.

"Veiligheid is een specifiek onderdeel bij de organisatie die zeer afhankelijk is van de grootte van het festival. Met meer dan 300 festivals in Vlaanderen en Brussel, van klein tot groot en een enorme diversiteit, zal het nodige veiligheidsdossier (lokaal of regionaal) bepalen wat moet gebeuren", zegt Serge Platel van de Federatie van Muziekfestivals in Vlaanderen.

De genomen veiligheidsmaatregelen kunnen dus verschillen van festival tot festival.

"Op Pukkelpop bijvoorbeeld werden heel wat bomen geveld uit veiligheidsoverwegingen en worden de resterende bomen jaarlijks gecontroleerd door een onafhankelijk orgaan", legt Frederik Luyten van Pukkelpop ons uit.

"Alle tentstructuren worden voor de start van de opbouw aan een ankertest op het terrein onderworpen. De uiteindelijke verankering van de tenten wordt daarop afgestemd. Na de opbouw, en voor het publiek op het terrein toegelaten wordt, worden de tenten door een onafhankelijk erkende dienst voor technische controle gecontroleerd. Pas bij groen licht na ontvangst van het keuringsverslag wordt de structuur vrijgegeven. Ook wordt er voor het ganse terrein een afleidingsplan voor bliksem opgesteld. De hogere structuren op het terrein worden voorzien van een aarding en fungeren daardoor als bliksemafleider", aldus Luyten.

"Namens Pukkelpop zorgt een professionele veiligheidscoördinator in samenspraak met de festivalorganisatie, de stad Hasselt en alle betrokken disciplinaire diensten (brandweer, politie, medische sector, mobiliteitsactoren, logistiek, communicatie…) voor de opmaak van gedetailleerde nood- en veiligheidsplannen.

In aanloop naar het festival worden meerdere coördinatievergaderingen georganiseerd waarbij alle betrokken actoren een stand van zaken meegeven en eventuele problemen verder behandeld kunnen worden.
Tijdens het festival wordt ook drie maal per dag een veiligheidsoverleg samengeroepen dat wordt voorgezeten door de burgemeester. Wederom komen alle disciplines er aan het woord voor updates en overige bekommernissen."

Kortom, niets wordt aan het toeval overgelaten.

Conclusie

Het extreme weer van 18 augustus 2011 is zeldzaam, maar kan zich zeker nog voordoen in onze streken. De benodigde ingrediënten daarvoor zijn vaak aanwezig tijdens de zomermaanden. Met de verhoogde rekenkracht van de weermodellen, kunnen we het gevaar iets beter inschatten, maar het exacte traject van onweersbuien voorspellen blijft moeilijk.

Aan het weer kunnen we dus niets veranderen, maar aan de gevolgen ervan wel! Organisatoren van evenementen zetten dan ook vol in op veiligheid door middel van weerwakers en andere preventieve maatregelen.

18 augustus 2021, door Bram Verbruggen